Nationaal Park ’t Dwingelderveld

Nationaal Park ’t Dwingelderveld een natuurlijke activiteit in je achtertuin. Dit prachtige natuurgebied met weidse vergezichten, dat bestaat uit heide, bossen en vennen, het is het grootste natte heidegebied van west Europa en ca 3500 ha. groot. Je kunt dit niet missen tijdens een verblijf in een van onze vakantiehuisjes.

Geschiedenis nationaal park ’t  Dwingelderveld

Het Dwingelderveld is een gebied van duizenden hectares natuur. Ooit was het een grote vlakte van zand, heide en moerassig veen. Een gebied waar de mensen vroeger niet kwamen, alleen als het echt nodig was. Het gebied lag achter de boerendorpen. De beste gronden van de boerendorpen lagen op de Essen (Es dorpen) en de hooilanden in de beekdalen. Het grote heideveld was voor de dieren bestemd om te grazen. Maar ook om turf te winnen voor de kachel en de heidestruiken werden gebruikt om borstels van te maken. Vooral schapen werden vroeger gehouden, de mest van de schapen werd in potstallen verzameld en hiermee werden de akkers bemest om de grond vruchtbaar te maken. Natuurlijk werd de wol en het vlees ook gebruikt, maar dit was een bijzaak, hoofdzaak om schapen te houden was de mest van deze dieren te gebruiken om de arme zandgrond te verbeteren. Op de heide werden ook veel bijenkorven geplaatst, dit was in die tijd ook een grote bron van inkomsten. Honing een lekkernij, suiker had men vroeger nog niet. Ook de bijenwas is al eeuwen een gewild product. Aan het eind van het seizoen kon het voorkomen dat een bijenkorf 40 kg. woog. U kunt wel nagaan dat dit een mooie opbrengst honing was. Het dorp Ruinen was het grootste bijendorp van de regio. De omgeving van het Dwingelderveld heeft een rijke historie. in Dwingeloo waren vier havezathes, nl. Batinge, Entinge, Oldengearde en Westrup. Rijke families die veel grond bezaten. In Ruinen woonde “de heer van Ruinen” in het “Oldenhof”, helaas staat dit adellijke huis er niet meer. Ook een klooster is er geweest in Ruinen. U kunt bij de Pastorie van Ruinen hier nog overblijfselen van zien

 

Nationaal Park t Dwingelderveld

 

Heide van het nationaal park ’t Dwingelderveld

Het bijzondere aan het Dwingelderveld zijn de hoogteverschillen van dit landschap. Natte slenken en droge zandruggen wisselen elkaar af. Deze afwisseling laat zich aflezen aan de planten en dieren die er voorkomen. Op de heide grazen twee schaapskuddes, de grootste schaapskudde is van Ruinen, elke dag gaat de kudde met zijn herder en herdershond de heide op. Lhee heeft ook een schaapskudde, deze schaapskooi ligt Op ’t Zaand. De schapen hebben als taak om overwoekering van bomen en struiken tegen te gaan. Ook zijn er grote grazers ingezet, zoals koeien en de stoere Schotse Hooglanders. Zij moeten ervoor zorgen dat de heide niet overwoekerd wordt door gras. Daarnaast heeft Staatsbosbeheer een apparaat ontwikkeld waarmee heide machinaal wordt geplagd. Deze machine zorgt ervoor dat zeldzame planten zich kunnen blijven ontwikkelen en niet volledig overwoekerd raken door de heide en de grassoorten. Er groeien vier soorten heide, Struikheide, Dopheide, Kraaiheide en Lavendelheide. De vegetatie is enorm, er komen zelfs 6 soorten orchideën voor!. Ook de Jeneverbesstruiken met hun schilderachtige vormen, struiken van wel 80 tot 100 jaar oud komen voor op de heide. In de buurt van Lhee, op het Lheebroekerzand kunt U de grootste Jeneverbes struwelen aanschouwen.

Dieren van nationaal park ’t Dwingelderveld

Ook bijzondere dieren kunt u vinden in het Dwingelderveld. Neemt u nu slangen, in Nederland komen drie soorten slangen voor. Deze drie soorten komen ook in het Dwingelderveld voor, nl. de Adder, de Gladde slang en de Ringslang. Door de bijzondere planten komen er ook bijzondere vlinders voor, in grote getale, zoals het zeldzame Gentiaanblauwtje en het Veenbesblauwtje. Er leven ongeveer 400 reeën in dit gebied, dassen, vossen en meer wild komt er voor. Zo ook heel veel vogelsoorten.

 

Vennen en Pingo’s

Speciaal aan het Dwingelderveld, zijn de Vennen. Er zijn ruim 60 vennen. De vennen zijn op een bijzondere manier ontstaan, het zijn laagten die vol met water raken door regenwater. De Pingo’s te herkennen aan hun ronde vorm, zijn ontstaan in de IJstijd. In deze Pingo’s staat altijd water.

Voor meer informatie kunt u naar het Bezoekerscentrum Nationaal Park Dwingelderveld, Benderse 22, Ruinen. Hier worden intressante excursies, activiteiten en rondleidingen gegeven. Kijkt u op hun site naar de agenda. Ook voor diverse wandel- en fietsroutes, MTB-routes etc.

 

Nationaal Park ’t Dwingelderveld in Dwingeloo ervaar het dwingelgevoel…